Tachtig jaar geleden was mijn vader tewerkgesteld als ‘Schanzarbeiter’

In de strenge winter van 1944-45 was mijn vader tewerkgesteld als ‘Schanzarbeiter’ in Duitsland. Zijn dwangarbeid bestond uit het graven van loopgraven op de Brüner Höhen. Toen de geallieerden oprukten heeft deze Duitse verdedigingslinie maar enkele uren stand gehouden. Wat heeft daar plaatsgevonden? En wat is er tachtig jaar later nog te zien van deze verdedigingslinie?

Mijn vader zat 80 jaar geleden samen met ongeveer 200 Rotterdamse dwangarbeiders gevangen in Lager Hengstermann in Dingden. Hier is mijn vader, toen 22 jaar oud, tewerkgesteld als ‘Schanzarbeiter’. De dwangarbeid bestond uit het graven van loopgraven voor de Westwall, de Duitse verdedigingslinie langs de grens van Duitsland.

Aanleg van de Westwall in 1944 (LWL – Medienzentrum)

Volkssturm

Het werk vond plaats onder leiding van de Volkssturm. Deze Duitse militie bestond uit burgers, vaak zonder militaire training, die op het eind van de Tweede Wereldoorlog werden ingezet als laatste verdedigingslinie tegen de oprukkende geallieerden. De leden van de Volkssturm mochten gericht schieten op dwangarbeiders die poogden te vluchten.

Sommigen waren in het grijs, anderen in het Wehrmachtsgrau en weer anderen in het bruin. Wij kregen de indruk dat de meesten van onze bewakers kneusjes waren. Enkelen liepen mank. Het leek een allegaartje van mannen die afgekeurd waren voor frontdienst.
Hubert van Hove – Reis naar het einde

Mijn vader schrijft in zijn reisverhaal dat ze elke ochtend moesten aantreden in twee ‘Hundertschaften’. De leden van het ene ‘Hundertschaft’ kregen elk een schep. Dat waren de echte ‘Schanzarbeiter’. De leden van het tweede ‘Hundertschaft’ kregen zagen en bijlen. Zij vormden het ‘Holtzcommando’ en hakten bomen om in het bos.

“Wij moesten ruim een uur lopen voordat wij op onze arbeidsplaats waren. Met kleine paaltjes was aangegeven waar de loopgraven moesten komen. Omdat bijna niemand aan graafwerk gewend was vorderde het werk maar langzaam. Er werd veel geouwehoerd en weinig gegraven. Onze bewakers spoorden ons aan met veel geschreeuw, maar dat had weinig resultaat.”
Hubert van Hove – Reis naar het einde

Strenge winter

Volgens historische gegevens van het KNMI was de winter van 1944-45 bitterkoud. De vorst is ingevallen op 23 december 1944. Het meest onaangename weer komt in januari 1945 als het constant streng vriest. De werkomstandigheden voor de ‘Schanzarbeiter’ worden er niet beter op.

Op zekere morgen wees de thermometer, die wij op weg naar ons werk passeerden, twintig graden onder nul aan. Voordat we konden gaan graven moesten wij eerst de bovenlaag met pikhouwelen stukhakken. Later werd het iets minder koud en begon het te sneeuwen. Daardoor werd het graven nog moeilijker.
Hubert van Hove – Reis naar het einde

Brüner Höhen in 1945

Volgens Clemens Ridder, vooraanstaand lid van de Heimatverein Dingden, zijn de loopgraven uitgegraven op de Brüner Höhen. Dit is een beboste heuvelrug tussen Dingden en Brünen met als hoogste punt de Kugelberg (47 meter). De afstand van Lager Hengstermann naar de loopgraven is ongeveer 75 minuten lopen, wat overeenkomt met de tijd die mijn vader noemt in zijn reisverhaal.

Hoogtekaart Brüner Höhen. Rode pijl wijst de plaats van de loopgraven (Topografische kaart).

Van het werk van de Rotterdamse ‘Schanzarbeiter’ zijn geen foto’s. Maar op een Britse luchtfoto uit die tijd is de Brüner Höhen te zien. Op de Kugelberg is een luchtafweerpositie zichtbaar. Een driehoekige opstelling laat zien dat de zware kanonnen werden beschermd door licht luchtafweergeschut (pijl 2 in onderstaande foto). Op de beboste westelijke helling van de Kugelberg zijn vers gegraven loopgraven duidelijk zichtbaar (pijl 1).

Britse luchtfoto van 24 maart 1945 met loopgraven (1) en luchtafweerpositie (2).
Foto uit: Die Luftlandung, Johann Nitrowski (1997).

Deze Britse luchtfoto kwam ik op het spoor door een artikel op de website Bürger für Brünen. Daar wordt vermeld dat de Volkssturm met de nog beschikbare arbeidskrachten een provisorische verdedigingslinie in het bos heeft opgericht.

Het luchtafweergeschut op de Kugelberg bestond waarschijnlijk uit Flak 88 mm. De naam Flak komt van het Duitse ‘Flugzeugabwehrkanone‘. Flak 88 mm is het meest bekende antitankkanon aan het eind van de Tweede Wereldoorlog.

Flak 88 mm (Bundesarchiv).

Operatie Varsity

De loopgraven en de kanonnen bevonden zich op de Brüner Höhen op een strategische positie. Volgens de Volkssturm bood de lange helling van de Kugelberg geen enkele dekking aan oprukkende geallieerde soldaten. Met hun zware kanonnen zouden ze de aanvallen van geallieerden kunnen afslaan. Maar het liep anders.

Op zaterdag 24 maart 1945 vindt de grootste geallieerde luchtlandingsoperatie uit de Tweede Wereldoorlog plaats, Operatie Varsity. Op de velden ten westen van de Brüner Höhen worden in totaal 16.000 parachutisten gedropt!
Een Amerikaanse aanval met jachtbommenwerpers maakt een einde aan de verdedigingslinie op de Brüner Höhen. Het artikel in Bürger für Brünen meldt dat op 24 maart 1945 de artilleristen van de zware kanonnen op de Kugelberg het leven hebben gelaten.

Tijdens Operatie Varsity sneuvelen in totaal ongeveer 2.700 geallieerde soldaten en ongeveer 3.500 Duitse soldaten. Toch werd Operatie Varsity als een succes beschouwd, omdat het gebied binnen enkele uren werd veroverd op de Duitsers.

Tijdens Operatie Varsity op 24 maart 1945 zocht mijn vader dekking voor de beschietingen in een oude molen bij Dingden (bovenaan op de kaart). Rechts op de kaart de Brüner Höhen (rode pijl) (TracesofWar).
Het landschap rond Brüner Höhen is weinig veranderd sinds de Tweede Wereldoorlog. Op de foto zijn de posities gemarkeerd van: (1) de loopgraven in het bos en (2) de zware kanonnen in het veld
(Google Maps, 2025).

Brüner Höhen in 2024

Op 6 april 2024 bracht ik een bezoek aan Dingden. Clemens Ridder van de Heimatverein Dingden was de gids en leidde mij rond over de Brüner Höhen. Vanaf de Brüner Höhen heb je een fraai uitzicht over de laagvlakte waar Operatie Varsity plaatsvond. Hoewel overwoekerd met bomen en struiken zijn de contouren van de loopgraven na 80 jaar nog steeds te herkennen in het landschap. Hieronder zijn enkele foto’s van het gebied afgebeeld.

Schootsveld van de zware kanonnen vanaf de Kugelberg.
Brüner Höhen is ongeveer 40 meter hoog. Op de achtergrond de laagvlakte waar luchtlandingsoperatie Varsity plaatsvindt op 24 maart 1945.
Contouren van de loopgraven zijn na 80 jaar nog steeds duidelijk zichtbaar in het bos.

Door zelf in een voormalige loopgraaf te staan krijg ik een realistisch beeld van de ‘Schanzarbeit’ en een beter beeld van wat mijn vader heeft meegemaakt op de Brüner Höhen.

Samen met Clemens Ridder in een voormalige loopgraaf.

Loopgravenoorlog

Hubert van Hove heeft in 1993 zijn reisverhaal op papier gezet. Opdat wij niet vergeten. Hij vertrouwde erop dat loopgraven nooit meer gebruikt zouden worden in oorlogstijd. Loopgraven hebben immers niets te maken met moderne oorlogsvoeringtechnologieën, dacht mijn vader. Hoe anders is het gelopen!

Mijn vader draait zich om in zijn graf, als hij zou horen dat in Oekraïne een loopgravenoorlog woedt. Met aantallen slachtoffers die de wereld sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer heeft gekend.

Een Russische soldaat in een loopgraaf in de buurt van Donetsk (NOS, 2024).

Tachtig jaar later is er maar één conclusie mogelijk. Het was een zinloze exercitie op de Brüner Höhen. Rotterdamse dwangarbeiders die zwaar hebben geleden onder erbarmelijke omstandigheden. Een verdedigingslinie die in enkele uren werd weggevaagd. En vele, vele gesneuvelde soldaten.

Lees het reisverhaal van mijn vader ‘Reis naar het einde‘ om de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog levend te houden.